Het West Indisch Bedrijf: van Snip tot ALM

Hoewel ik er zelf nog nooit geweest ben, is het voor velen een geliefd vakantieoord: de Antillen. Deze eilanden liggen gunstig ten opzichte van de VS en Zuid-Amerika en vanuit Nederland ben je er met een uurtje of acht vliegen ook wel. Het is inmiddels bijna 82 jaar geleden dat KLM er haar West Indisch Bedrijf begon. Eerste toestel: de legendarische Snip.

De komst van de Snip markeert de eerste trans-Atlantische vlucht van KLM, maar had ook een tweede doel: materieel naar de Antillen vliegen. Plesman had namelijk het plan om tussen deze overzeese rijksdelen en ook Suriname luchtlijnen op te zetten. En als het enigszins kon ook met bijvoorbeeld het nabij gelegen Venezuela en de Verenigde Staten. Dat zou niet zonder slag of stoot lukken, maar met veel doorzettingsvermogen werd uiteindelijk een redelijk bloeiend luchtvaartbedrijf opgezet dat een beetje los stond van de operatie vanuit Amsterdam: het West Indisch Bedrijf. De naam is een wat verwarrend, maar de benaming ‘bedrijf’ is in het taalgebruik van toen meer een aanduiding voor een netwerk in een bepaalde regio. Zo was er ook het Europees Lijnbedrijf en het Noord-Atlantisch Lijnbedrijf.

Celebrations on the Oranjeplein in Parimaribo

Groot feest op het Oranjeplein, nu Onafhankelijkheidsplein, in Paramaribo ter gelegenheid van de aankomst van de Snip, 1934.

Eerste vluchten

Wat betreft het Caribisch gebied trad KLM in de voetsporen van Pan American Airlines die al eens een route naar Curaçao had onderhouden, maar daar begin jaren ’30 mee was gestopt wegens een gebrek aan passagiers. Maar KLM zou KLM niet zijn als er toch een poging gewaagd werd. Nadat de Snip weer ontdaan was van de extra brandstoftanks die voor een veilige overtocht nodig waren en omgebouwd tot een passagierstoestel, werd op 19 januari 1935 de eerste route van het West Indisch Bedrijf geopend: Curaçao-Aruba. De passagiers waren vooral ambtenaren, personeel van oliemaatschappijen en zakenlui. De vliegvelden van beide eilanden werden voor die gelegenheid uitgebreid en verbeterd en ook voor Bonaire werden plannen voor een vliegveld overwogen. Het eerste KLM-toestel landde daar op 9 mei 1936.

KLM's lockheed-14s on the terrace at Hato airport

Het terras van de luchthaven Hato in 1938 met  Lockheed-14 PJ-AIP en PJ-AIM op platform. 

In juli 1936 kwam de verbinding met Venezuela tot stand die later nog met een extra lijn met de hoofdstad Caracas werd uitgebreid. In de loop der jaren ontstond zo langzaam maar zeker een uitgebreid netwerk van bestemmingen waarbij ook eilanden als Barbados en Trinidad werden betrokken. In 1939 bestond de vloot uit zes toestellen: twee Fokker F-XVIII’s en vier Lockheed Super Electra’s.

KLM's crew posing with a lockheed-14s

Bemanning en personeel van het West Indisch Bedrijf voor de Lockheed 14 Parkiet en F-XVIII Snip.

Op stoom

Het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in Europa in dat jaar had grote gevolgen voor het Europese netwerk van KLM en de Indië-route, maar in mindere mate voor het West Indisch Bedrijf. Dat was in de jaren ervoor aardig op stoom geraakt. Op 3 september 1939 brak in Europa de Tweede Wereldoorlog uit en de dag erna werd nog de lijndienst Curaçao-Paramaribo via Trinidad geopend. Deze route bleek overigens geen groot succes. De passagiersaantallen vielen zeer tegen en er moest geld bij. Het gouvernement in Paramaribo zag de route echter als een prestigeobject en wilde de route toch in stand houden. Uiteindelijk kon met een flinke subsidie de lijn toch worden opengehouden.

A 1941 poster for KLM’s West-Indian Operation.

Affiche van het West Indisch Bedrijf uit 1941.

Kansen

Hoe wrang het ook klinkt en hoe groot de verschrikkingen ook zijn geweest, de oorlogssituatie bood KLM in de West ook kansen. Veel schepen konden niet zonder meer in het Caribisch gebied varen nu na de Japanse aanval op de Amerikaanse marinebasis Pearl Harbour ook de VS in de oorlog was betrokken. Hierdoor werden de luchtverbindingen, dus ook die van KLM, essentieel in dit gebied.

The Lockheed-14 Super Electra PJ-AIT “Troepiaal” on its way from Curacao to Miami

Lockheed-14 Super Electra PJ-AIT Troepiaal, van het West Indisch Bedrijf  in vlucht op route tussen Curaþao en Miami, 1943.

Belangrijk voor het West Indisch Bedrijf in die chaotische periode was de opening van de lijn Curaçao-Miami in augustus 1943. Hierdoor werd ook de zo belangrijke aansluiting op het netwerk van Pan American Airlines een feit met overstapmogelijkheden naar bijvoorbeeld New York. Tegelijkertijd werden om militaire redenen de luchthavens van Aruba en Curaçao aanzienlijk verbeterd en geschikt gemaakt voor grotere toestellen, en werd het bovenwindse eiland Sint Maarten aangesloten: op 3 december 1943 landde er het eerste KLM-toestel.

The 1946 route map of KLM’s West-Indian Operation.

Routekaart uit 1946 van het West Indisch Bedrijf.

Directe verbinding met Nederland

In die oorlogsjaren draaide het West Indisch Bedrijf van KLM dus goed, terwijl KLM in Nederland in die jaren bijna alleen op papier nog bestond. Ook in de jaren vlak na WOII waren de resultaten in de West prima en in het eerste naoorlogse jaar verdubbelden de passagierscijfers zelfs. In Nederland bouwde Plesman en zijn medewerkers weer aan een gezonde KLM en werden de vooroorlogse routes heropend, maar ook zeker nieuwe uitgestippeld. Een van de paradepaardjes was de nieuwe route Amsterdam-New York. Met de opening op 21 mei 1946 kwam ook een verbinding van Nederland met Curaçao in beeld. Door materieelgebrek bleef het in eerste instantie bij een aantal incidentele vluchten, maar uiteindelijk kon in oktober 1947 een geregelde verbinding worden gerealiseerd. Een vergelijkbare lijn werd op 20 mei 1949 via Lissabon, Dakar met Paramaribo via Caracas naar Curaçao opgericht.

Monument at Hato Airport erected five years after the arrival of the “Snipe”.

Monument op Hato dat vijf jaar na de landing van de Snip is opgericht.

ALM

Inmiddels waren de gouden jaren van het West Indisch Bedrijf voorbij. De concurrentie werd groter en de belangrijkste lijn Curaçao-Havana-Miami had daar flink onder te lijden. Ook de jaren erna waren de resultaten flink onder de maat en reorganisaties bleken onvermijdelijk. Eind jaren vijftig werd begonnen met besprekingen met de regering van de Antillen die behoefte had aan een eigen luchtvaartmaatschappij. Het zou nog tot 1 augustus 1964 duren voordat de Antilliaanse Luchtvaartmaatschappij werd opgericht als een zelfstandige dochter van KLM. Hiermee kwam een officieel einde aan het West Indisch Bedrijf.

Loading