Drie unieke KLM toestellen

KLM was zeker tot de Tweede Wereldoorlog grootverbruiker van Fokkertoestellen. Sommige werden zelfs speciaal voor KLM gebouwd. In dit blog drie bijzondere “Fokkertjes” waarvan KLM er maar eentje in de vloot heeft gehad.

Fokker had een flink aantal verschillende typen toestellen in productie die in grootte en actieradius behoorlijk van elkaar konden verschillen. Tot 1940 had KLM in de loop der jaren twaalf verschillende typen Fokkers in gebruik, met wisselend succes. Sommige bleven lang in de vloot, andere kort.

Arend op Waalhaven LOGO

Fokker F.XXXVI, 1934-1939

Laten we beginnen met de grootste: de Fokker F.XXXVI, nr. 36 dus. Het toestel is dubbel uniek, omdat er maar één exemplaar van gebouwd is. Het vliegtuig heette Arend en had als registratie PH-AJA. Vanwege de grootte en het gerieflijke interieur werd het toestel ook wel het vliegende hotel genoemd. Er konden 32 passagiers in die verdeeld werden over vier compartimenten met elk acht stoelen. Met een paar simpele handelingen konden deze stoelen in bedden worden veranderd en had het vliegtuig 16 slaapplaatsen.

Arend interieur LOGO

In totaal heeft het viermotorige toestel vijf jaar dienst gedaan bij KLM. De Arend was een bijzonder toestel dat veel bekijks trok, mede door zijn grootte, maar de gebruikte techniek werd snel ingehaald door andere bouwmethoden die bijvoorbeeld in de VS werden ingezet. Hieruit ontstond de DC-2. Na het succes van de Uiver werd dit type die al snel ingezet werd op de Indië-route, maar aanvankelijk was deze Fokker daarvoor bestemd. De Arend werd daardoor vooral ingezet op Europese routes en bracht het talloze toeristen naar het Nederlandse Waddeneiland Texel, vanaf Schiphol een afstand van nog geen honderd kilometer. Scheelt wel een file voor de pont en die kan heel lang zijn.

Zilvermeeuw LOGO

Fokker F.XX, 1933-1936

Deze Fokker week op een aantal belangrijke onderdelen af van de andere driemotorige toestellen die tot die tijd waren ontworpen door Fokker. De romp was veel ronder door een andere framebouw en de motoren waren voorzien van afgeronde kappen voor meer stroomlijning. Een andere belangrijke aerodynamische verbetering en totaal nieuw was het intrekbare onderstel. De wielen werden in de motorgondels opgeborgen. Al deze noviteiten zorgden ervoor dat de maximale snelheid 250 kilometer per uur werd, een aanzienlijke verbetering ten opzichte van eerdere Fokkertoestellen die over het algemeen niet harder konden dan iets mee dan 200 kilometer per uur.

Het scheelde een haar of de Zilvermeeuw had een legendarische vlucht gemaakt: de snelle kerstpostvlucht van 1933. Helaas liet de middelste motor het afweten op het moment suprême en werd het toestel vervangen door de Pelikaan, een Fokker F.XVIII. De PH-AIZ oftewel Zilvermeeuw deed van 1933 tot 1936 dienst en werd ingezet op de route Londen-Amsterdam-Berlijn. Er konden 12 passagiers in het toestel. De Zilvermeeuw bleek ondanks alle noviteiten helaas een oneconomisch toestel dat veel problemen had met het intrekbare landingsgestel en de motoren. Het is er dus helaas ook maar bij eentje gebleven.

Adelaar LOGO

Fokker F.IX, 1930-1936

Als ik heel eerlijk ben, dan smokkel ik bij dit type een beetje. Aanvankelijk had KLM er namelijk twee in dienst, maar de tweede raakte in augustus 1931 zwaar beschadigd tijdens een noodlanding op vliegveld Waalhaven. In totaal had dit toestel toen zeven maanden dienst gedaan. De eerste, de PH-AGA, oftewel de Adelaar, hield het gelukkig langer uit en vloog zes jaar voor KLM. De Fokker F.IX werd op verzoek van KLM ontworpen met het idee het op de Indië-route in te zetten. Ook dit toestel had op het moment van aflevering allerlei nieuwigheden te bieden, met name op het vlak van comfort voor de passagier.

Zo hadden de stoelen een verstelbare hoofdsteun en was er een pantry aan boord waarin maaltijden konden worden klaargemaakt. Via roosters in de zijwanden van de cabine kon warme lucht worden aangevoerd, zodat de passagiers het zelfs op grote hoogte aangenaam warm hadden. Afhankelijk van de route werd het aantal stoelen aangepast. Naar Indië werden er vier tot zes stoelen in de cabine geplaatst, maar op Europese bestemmingen konden er achttien passagiers mee. In november 1930 maakte de Adelaar zijn eerste vlucht naar Indië. Het ging vlot: in dertien dagen heen en in 12 terug. Toch werd het toestel niet ingezet op deze route, maar voornamelijk op de lijn Amsterdam-Londen.

Voor de fijnproevers: op de achtergrond staan van links naar rechts een  Rohrbach Roland, een Junkers G24 en een Caspar C-35 Priwall. Het KLM-toestel pal naast de Adelaar is een Fokker F.VIIA.

Geplaatst door:   Frido Ogier  | 
Deelnemen aan het gesprek Opmerkingen weergeven

Henk van Tijen

Dag Frido,
Heb zojuist in doos oude spullen van wijlen mijn vader een kort 16mm zwart/wit filmpje “Vetrek Adelaar naar Indië” gevonden. Ik laat het binnenkort digitaliseren, zal het je laten weten als ik ‘m digitaal heb.
Mijn achteroom was Jo (Jacobus) van Tijen, vliegenier, mogelijk dat hij de Adelaar (een keer) naar Indië heeft gevlogen.
Tot horens,
Henk

Frido Ogier

Dag Henk,

Wat leuk! Ik ben heel benieuwd. Ik zal je een mailtje sturen.

Hartelijke groet,

Frido

Jan van der Weijde

Mooi verhaal Frido. Mijn (aangetrouwde) nicht heeft nog een houten model Fokker F36. Ik kan niet met zekerheid zeggen uit welke periode dit stamt, maar ik vermoed midden jaren 30, omdat mijn vaders broer er toen werkte. Het is nog redelijk mooi, in KLM kleuren geschilderd en met de naam er op. Als je wilt kan ik er een foto van sturen. Die heb ik pas geleden gekregen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Loading